De triathlon bestaat uit drie onderdelen: zwemmen, fietsen en rennen. Elk onderdeel kent eigen specifieke regels. Zo mogen deelnemers tijdens het fietsen niet dichter dan 12 meter op hun voorganger rijden, tenzij ze gaan inhalen maar dat mag weer niet langer dan 20 seconden duren. Op de naleving van de regel wordt doorgaans toegezien door een aantal scheidsrechters op een motor. Mensenwerk dus. Solo moet daar verandering in brengen.
Solo is de VAR voor triathlon. Het is een combinatie van GPS-metingen en Internet of Things technologie. “Elke rijden moet zo’n ding op de fiets hebben zitten. Wij kunnen dan de live locatie van het apparaat doorsturen. Fietsers en juryleden krijgen informatie teruggestuurd. De fietser ziet een ‘light bar’: geel als je te dicht bij bent, maar wanneer het nog kan en rood wanneer je eroverheen gaat. Die informatie kan ook naar de jury worden doorgestuurd”, aldus Jesper Verhey. Samen met Jeroen Visser werkte hij aan de ontwikkeling van Solo. Dit gebeurde in samenwerking met de NTB, de Nederlandse Triathlon Bond
Geld uit het innovatiefonds gevraagd en gekregen
“Iedere fietser is er op gericht om zo efficiënt mogelijk te fietsen dus iedereen zoekt de grens op. Het sjoemelen, te dicht op een voorganger rijden, gebeurt heel veel, maar de vraag is of dat express is of per ongeluk. Ik wil uitgaan van ieders goede bedoelingen. Daarom moet je mensen de hulpmiddelen geven om zo goed en mogelijk te rijden. Dus het is ook een kalibratie van de atleet zelf”, aldus Visser. Het idee ontstond ruim twee jaar geleden. Visser zocht in een vroeg stadium al direct contact met de directeur van de triathlonbond.
“We zijn naar aanleiding van het door mij verstuurde mailtje in gesprek gegaan. We hebben een kostenraming gemaakt. De bond heeft een deel bekostigd en we hebben een aanvraag gedaan bij het innovatiefonds van NOC*NSF. Die hebben we samen met de bond geschreven. We kregen het geld toegewezen. We hebben een eerste prototype gebouwd. We zijn ook in gesprek gegaan met de juryleden: hoe doen zij die beoordeling. Het moet ondubbelzinnig vaststaan dat iemand te lang te dicht op een voorganger blijft rijden: stayeren. Dan krijg je op dit moment een blauwe kaart in je gezicht gezwaaid: daarmee is het duidelijk dat je een penalty te pakken hebt. Dus de app moet dat ook doen.”
Integratie met Zwift
Ruim twee jaar verder is er een eerste werkende versie, maar die kan nog beter. Daarvoor is contact gezocht met een partij met veel expertise op het gebied van GPS technologie: de ESA uit Noordwijk. “Daar hebben ze een soort space business incubator me allemaal startups. Daar zitten allerlei bedrijfjes bij die goede ideeën hebben die best wel goed zijn uitgewerkt. Daar kun je een ontwikkelingsbudget krijgen en ze helpen om een idee naar een product te krijgen. Wij zitten nu ook bij in Noordwijk. We bouwen nu een tweede versie samen met de ESA. Wanneer die af is en werkt dan is het belangrijk dat we snel kunnen denken hoe we het kunnen produceren en exploiteren. Dat is heel belangrijk. Het moet goedkoop en kloppen”, aldus Verhey.
Hoewel Solo nog niet af is ontstaat al zicht op nieuwe toepassingen. “Nu is de triathlon soms nog als kijken naar drogend stopverf. Je ziet nu iemand in het water liggen, die pakt z’n fiets en is weg. Dan kun je het niet meer volgen. Maar met onze technologie kun je het voortdurend volgen en vergelijken met anderen in je leeftijdsgroep. Dat is nog maar het begin. Doordat je hardware op je fiets hebt zitten, kun je een integratie maken met populaire fiets-app Zwift. Zo kun je dan meerijden met topper in de tour bijvoorbeeld. Je kunt ook denken aan multisite wedstrijden: iedereen op een eigen parcours. Er zijn heel veel mogelijkheden. Het is echt enabling technology.”
Geen mitsen en maren, maar doen!
Het vinden van een sluitend businessmodel levert vooralsnog nog wel hoofdbrekens op. “Om het echt commercieel interessant te maken, is best lastig. Wie laat je ervoor betalen? Als je denkt aan de fietsers zelf dan is het toch een beetje alsof je automobilisten laat betalen voor de flitspalen. De wedstrijdorganisaties bestaan vaak uit vrijwilligers, dus die hebben niet veel geld. Als ze kunnen kiezen tussen Solo inkopen of het parcours aantrekkelijker maken en het goedkoop houden voor de deelnemers, dan kiezen ze altijd voor het laatste. Dus het is een zoektocht. Die doen we samen met de bond. Maar omdat we het breed zien, ook breder dan de triathlon, zien wij wel mogelijkheden.” Denk aan toepassingen bij andere sporten of zelfs daar buiten: het volgen van waardetransporten. “Daar zien we ook wel mogelijkheden,maar we gaan u toch eerst voor focus. Daar zien we mogelijkheden en moeilijkheden. We willen het eerst gewoon goed werkend krijgen in de sport.”
Het maken van hardware betekent vaak figuurlijke koppijn. Partijen die een product goedkoop kunnen produceren zitten vaak ver weg. De kosten gaan altijd voor de baat. Investeringen zijn noodzakelijk, maar hoe kom je aan geld zonder een nog werkend product? De bond heeft zich bereid getoond om met Solo in zee te gaan als lancerende partij en daarmee ook deels zorg te dragen voor financiën. Visser: “ Ze zijn er met open vizier ingegaan, dat is heel bijzonder en sterk. We hebben ook met een andere bond gesproken en die hadden allemaal mitsen en maren en die zeiden kom maar terug als jullie verder zijn. Dat was een kenmerkend verschil: ga het maak proberen. Het heeft ze nog geen cent gekost en wel heel veel pr. Daarmee is het al een succes zou je kunnen zeggen.
Dit is een interview in de serie Sportinnovatie Talks. Lees, kijk of luister.
Over de auteur(s) van dit bericht:
Journalist bij Fast Moving Targets.